Artikel 3:4 Awb
Belangen van derden moeten onder omstandigheden worden betrokken bij de belangenafweging als bedoeld in artikel 3:4 Awb (Raad van State 21 augustus 1984, ECLI:NL:RVS:1984:AM7746)

Gepubliceerd door Rechtspraak bestuursrecht op
Belangen van derden moeten onder omstandigheden worden betrokken bij de belangenafweging als bedoeld in artikel 3:4 Awb (Raad van State 21 augustus 1984, ECLI:NL:RVS:1984:AM7746)
Het Unierecht verzet zich er niet tegen dat, wanneer een appellant kort voor de zitting nieuwe beroepsgronden inbrengt, ook als het onder meer gaat om Unierechtelijke milieuvoorschriften, deze beroepsgronden door de rechter buiten beschouwing worden gelaten wegens strijd met de goede procesorde (omvang geschil ex artikel 8:69 Awb) (Raad van State 5 maart 2025, ECLI:NL:RVS:2025:873)
Als een aanvraag om een watervergunning is ingediend vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet, dan blijft op grond van artikel 4.3 onder a IOw (overgangsrecht besluit op aanvraag) het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het besluit op die aanvraag onherroepelijk wordt (Raad van State 12 februari 2025, ECLI:NL:RVS:2025:457)
Als in afwijking van een verleende omgevingsvergunning wordt gebouwd, maar de bouwactiviteit op zichzelf vergunningsvrij is, dan kan aan de overtreder niet het bouwen in strijd met artikel 2.1 lid 1 onder a Wabo (bouwen) worden tegengeworpen (artikel 2.1 lid 3 Wabo) (Raad van State 25 maart 2020, ECLI:NL:RVS:2020:855)