Het verbod op vooringenomenheid is niet geschonden als de secretaris van een bezwaarschriftencommissie het bestuursorgaan in beroep bij de rechtbank vertegenwoordigt (artikel 7:5 Awb) (Raad van State 26 april 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1097)
![Verbod vooringenomenheid secretaris bezwaarschriftencommissie beroep rechtbank](https://rechtspraakbestuursrecht.nl/wp-content/uploads/2022/09/book-5077895_1920-34-1024x683.jpg)
Het verbod op vooringenomenheid is niet geschonden als de secretaris van een bezwaarschriftencommissie het bestuursorgaan in beroep bij de rechtbank vertegenwoordigt (artikel 7:5 Awb) (Raad van State 26 april 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1097)
Als 1 van de 3 ambtenaren van de bezwaarschriftencommissie – niet de voorzitter – die het horen heeft verzorgd het besluit heeft voorbesproken met de ambtenaar die het primaire besluit heeft genomen, maar niet aannemelijk is dat de meerderheid van
Interne adviezen van het bestuursorgaan (van interne of externe adviseurs) om de positie van het bestuursorgaan te bepalen vallen niet onder de op de zaak betrekking hebbende stukken als bedoeld in artikel 7:4 Awb (Raad van State 5 november 2003,
Het niet ter inzage leggen van de op de zaak betrekking hebbende stukken als bedoeld in artikel 7:4 Awb hoeft niet altijd tot vernietiging te leiden (Raad van State 13 juni 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BW8129)
Het is mogelijk om na de hoorzitting in bezwaar, maar voorafgaand aan de beslissing op bezwaar, nieuwe documenten over te leggen, een ander met inachtneming van de goede procesorde (artikel 7:4 Awb) (Raad van State 1 mei 2013,
Als een belanghebbende niet reageert op een verzoek van een bestuursorgaan om aan te geven of hij/zij in bezwaar wil worden gehoord, dan kan het bestuursorgaan ervan uitgaan dat de belanghebbende niet hoeft te worden gehoord (artikel 7:3 Awb
Als de naar voren gebrachte bezwaargronden de verwachting geven dat het horen in bezwaar van belang kan zijn voor de vaststelling van de feiten en omstandigheden, dan kan doorgaans niet van het horen worden afgezien (artikel 7:3 Awb)
De beslissing om van het horen in bezwaar af te zien moet worden genomen op grond van hetgeen in het bezwaarschrift is opgenomen (artikel 7:3 Awb) (Raad van State 25 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1365)
De voorwaarden in artikel 7:3 Awb om van het horen in bezwaar af te zien, moeten restrictief worden toegepast (Centrale Raad van Beroep 4 maart 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:774)
Bij nieuwe feiten en omstandigheden die van aanmerkelijk belang zijn voor de beslissing op bezwaar, kan niet worden volstaan met een schriftelijke ronde en zal op grond van artikel 7:2 Awb opnieuw moeten worden gehoord (Raad van State 17 mei