Bestuursorgaan moet zich op grond van artikel 3:9 Awb vergewissen van de onpartijdigheid van de deskundige (Raad van State 25 oktober 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2893)

Bestuursorgaan moet zich op grond van artikel 3:9 Awb vergewissen van de onpartijdigheid van de deskundige (Raad van State 25 oktober 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2893)
Bestuursorgaan moet erop toezien dat de adviseur zijn taak zonder vooringenomenheid vervult (vergewisplicht ex artikel 3:9 Awb) (Raad van State 21 oktober 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3234)
Vergewisplicht als bedoeld in artikel 3:9 Awb geldt ook voor adviseurs zonder wettelijke status (Centrale Raad van Beroep 11 april 2018, ECLI:NL:CRVB:2018:1113)
Vermelden van namen van adviseurs in of bij het besluit ex artikel 3:8 Awb is niet verplicht (Raad van State 20 juli 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BR2279)
Algemeen verbindende voorschriften kunnen aan artikel 3:4 lid 2 Awb (evenredigheidsbeginsel) worden getoetst (Raad van State 4 maart 2015, ECLI:NL:RVS:2015:622)
Toetsing van de evenredigheid als bedoeld in artikel 3:4 lid 2 Awb geschiedt in geval van oplegging van een punitieve sanctie (zoals een boete) niet met terughoudendheid (Raad van State 6 mei 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1421)
De rechter toetst de evenredigheid tussen doel en middel als bedoeld in artikel 3:4 lid 2 Awb terughoudend (Raad van State 17 november 2010, ECLI:NL:RVS:2010:BO4217)
Beleidsregels kunnen aan artikel 3:4 lid 2 Awb (evenredigheidsbeginsel) worden getoetst (Raad van State 11 juli 2007, ECLI:NL:RVS:2007:BA9310)
Het specialiteitsbeginsel brengt mee dat een bestuursorgaan slechts de belangen waarvoor de desbetreffende regeling in het leven is geroepen bij zijn afweging mag betrekken (artikel 3:4 lid 1 Awb) (Raad van State 12 november 2014, ECLI:NL:RVS:2014:4117)
Belangen van derden moeten onder omstandigheden worden betrokken bij de belangenafweging als bedoeld in artikel 3:4 Awb (Raad van State 21 augustus 1984, ECLI:NL:RVS:1984:AM7746)