De ondernemer die in hetzelfde marktsegment en verzorgingsgebied werkzaam is als de in het bestemmingsplan voorziene bedrijf, is belanghebbende bij dat bestemmingsplan (artikel 3.1 Wro) (Raad van State 20 mei 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1585)

De ondernemer die in hetzelfde marktsegment en verzorgingsgebied werkzaam is als de in het bestemmingsplan voorziene bedrijf, is belanghebbende bij dat bestemmingsplan (artikel 3.1 Wro) (Raad van State 20 mei 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1585)
In een bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro kunnen regels worden opgenomen over het behoud van bomen en beplanting (Raad van State 29 juni 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1905)
In een bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro kunnen normen worden opgenomen ten aanzien van het minimaal aantal vereiste bezonningsuren ter hoogte van een bepaalde locatie (Raad van State 7 juli 2010, ECLI:NL:RVS:2010:BN0496)
In een bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro mag binnen bepaalde randvoorwaarden een eigen definitie worden opgenomen – buiten het Bevi om – van het begrip ‘kwetsbaar object’ of ‘kwetsbare objecten’ (Raad van State 21 november 2018, ECLI:NL:RVS:2018:3754)
Het behouden van bestaande, onbenutte bouwmogelijkheden uit een vorig bestemmingsplan in een opvolgend bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro, moet nader worden gemotiveerd (Raad van State 6 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:690)
In een bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro kunnen regels worden opgenomen over de maximale vloeroppervlakte die in gebruik mag worden genomen voor beroepsuitoefening aan huis (Raad van State 21 december 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BU8908)
Bij het vaststellen van het bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro moet rekening worden gehouden met de bij de gemeente bekende bouw- en gebruiksvoornemens (Raad van State 15 november 2017, ECLI:NL:RVS:2017:3086)
Planologische medewerking aan een positieve bestemming in een bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro mag worden geweigerd als een initiatiefnemer zich in strijd met gemeentelijk beleid onvoldoende heeft ingespannen voor draagvlak (Raad van State 18 december 2019, ECLI:NL:RVS:2019:4209)
Het laten voortzetten van een bestaande planologische situatie in een bestemmingsplan kan in strijd zijn met een goede ruimtelijke ordening, voor zover de nadelige gevolgen hiervan zo groot zijn dat deze redelijkerwijs niet (meer) aanvaardbaar zijn (artikel 3.1 Wro
Het niet kunnen bereiken van overeenstemming met een eigenaar over de aankoop van het perceel is geen ruimtelijk relevante reden om in het bestemmingsplan ex artikel 3.1 Wro niet een bepaalde bestemming aan het perceel toe te kennen (Raad van