Een bezwaar- of beroepschrift moet worden ondertekend met een fysieke handtekening (inhoud bezwaar- en beroepschrift ex artikel 6:5 Awb) (Raad van State 11 december 2013, ECLI:NL:RVS:2013:2374)

Een bezwaar- of beroepschrift moet worden ondertekend met een fysieke handtekening (inhoud bezwaar- en beroepschrift ex artikel 6:5 Awb) (Raad van State 11 december 2013, ECLI:NL:RVS:2013:2374)
Een bezwaar- of beroepschrift kan op grond van artikel 6:5 Awb niet anoniem worden ingediend (Raad van State 5 augustus 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AR3305)
Een mededeling op grond van artikel 4:5 lid 1 Awb (de aanvrager in de gelegenheid stellen de aanvraag binnen een door het bestuursorgaan gestelde termijn aan te vullen) is een besluit op grond van artikel 6:3 Awb (voorbereidingshandeling besluit) (Centrale
De persoon die een zienswijze heeft ingediend tegen een ontwerpbesluit dat is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 Awb (uitgebreide procedure) heeft belang bij het tijdig nemen van een besluit ter afronding van de uitgebreide procedure (weigering en niet tijdig
Degene die belanghebbende is bij een besluit kan afdwingen dat het bestuursorgaan ook daadwerkelijk een besluit neemt (weigering en niet tijdig nemen besluit ex artikel 6:2 Awb) (Raad van State 13 juni 2001, ECLI:NL:RVS:2001:AD3311)
Bij het uitblijven van een ambtshalve besluit waarvoor geen termijn is gesteld geldt artikel 6:2 Awb (weigering en niet tijdig nemen besluit) niet (Raad van State 4 mei 2010, ECLI:NL:RVS:2010:BM3260)
Ambtshalve beslissingen vallen ook onder het bereik van artikel 6:2 Awb (weigering en niet tijdig nemen besluit) (Raad van State 4 mei 2010, ECLI:NL:RVS:2010:BM3260)
De beslistermijn van artikel 5:51 Awb (beslistermijn rapport bestuurlijke boete) is een termijn van orde, na het verstrijken van de termijn is het bestuursorgaan dus nog steeds bevoegd een bestuurlijke boete op te leggen (Raad van State 11 april 2012,
Een gedeeltelijke verwijtbaarheid kan aanleiding geven tot matiging van de hoogte van de bestuurlijke boete ex artikel 5:46 Awb (Raad van State 17 september 2008, ECLI:NL:RVS:2008:BF1014)
Bij beleid waarin geen onderscheid wordt gemaakt tussen soorten bestuurlijke boetes moet door de rechter per geval indringend worden getoetst of toepassing daarvan leidt tot een onevenredige boete (hoogte bestuurlijke boete ex artikel 5:46 Awb) (Raad van State 14