De toepassing van het relativiteitsvereiste moet worden gecorrigeerd bij een succesvol beroep op het vertrouwens- en het gelijkheidsbeginsel (Raad van State 16 maart 2016, ECLI:NL:RVS:2016:732)
![Relativiteitsvereiste gecorrigeerd bij vertrouwens- en gelijkheidsbeginsel](https://rechtspraakbestuursrecht.nl/wp-content/uploads/2022/08/book-1659717_1920-2-1024x587.jpg)
De toepassing van het relativiteitsvereiste moet worden gecorrigeerd bij een succesvol beroep op het vertrouwens- en het gelijkheidsbeginsel (Raad van State 16 maart 2016, ECLI:NL:RVS:2016:732)
De normen van de Habitatrichtlijn beschermen niet de belangen van particulieren (Raad van State 18 mei 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1297)
De gemeenteraad kan ervoor kiezen om het bestemmingsplan niet vast te stellen (artikel 3.8 Wro) (Raad van State 15 april 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1176)
Als bepaalde stukken niet bij een ontwerpbestemmingsplan ter inzage zijn gelegd en een belanghebbende beroept zich hier tijdens het beroep tegen het vastgestelde bestemmingsplan op, dan moet aan de hand van het relativiteitsvereiste worden beoordeeld of de belanghebbende hier een
Bij een onjuiste rechtsmiddelenclausule in de bekendmaking van een bestemmingsplan ex artikel 3.8 lid 3 Wro is in beginsel sprake van een verschoonbare termijnoverschrijding (Raad van State 15 mei 2014, ECLI:NL:RVS:2014:1715)
Het ontbreken van een rechtsmiddelenclausule in de bekendmaking van een bestemmingsplan ex artikel 3.8 lid 3 Wro leidt in beginsel tot een verschoonbare termijnoverschrijding, tenzij de belanghebbende voorafgaand aan de afloop van de termijn werd bijgestaan door een professionele rechtsbijstandverlener
Gedeputeerde Staten kunnen (ook) een proactieve aanwijzing ex artikel 4.2 Wro geven als zij geen reactieve aanwijzing ex artikel 3.8 id 6 Wro gegeven of geen beroep tegen het desbetreffende bestemmingsplan hebben ingesteld (Raad van State 27 mei 2015, ECLI:NL:RVS:2015:1652
Het bevoegd gezag is niet verplicht om een belanghebbende persoonlijk op de hoogte te brengen van het ter inzage leggen van een ontwerpbestemmingsplan, tenzij dit door het bevoegd gezag vooraf is toegezegd (artikel 3.8 Wro) (Raad van State
Een anterieure overeenkomst heeft niet met het ontwerpbestemmingsplan ter inzage te worden gelegd (artikel 3.8 Wro) (Raad van State 6 juli 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1883)
Bij een bestemmingsplan op aanvraag is de beslistermijn overschreden indien het bevoegd gezag binnen 14 weken na ontvangst van de aanvraag geen definitief besluit heeft genomen en evenmin een ontwerpplan ter inzage heeft gelegd (artikel 3.8 Wro) (Raad