Op grond van artikel 4.6 lid 3 IOw blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het bestemmingsplan onherroepelijk is | Raad van State 10 januari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:43 |
Op grond van artikel 4.6 lid 3 IOw (overgangsrecht) blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een exploitatieplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het bestemmingsplan en het exploitatieplan onherroepelijk zijn | Raad van State 24 januari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:214 |
Op grond van artikel 4.6 lid 3 IOw (overgangsrecht) blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een inpassingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het inpassingsplan onherroepelijk is | Raad van State 31 januari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:382 |
Op grond van artikel 4.6 lid 3 IOw (overgangsrecht) blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een wijzigingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het wijzigingsplan onherroepelijk is | Raad van State 17 januari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:120 |
Op grond van artikel 4.6 lid 3 IOw (overgangsrecht) blijft op een beroep tegen een besluit tot vaststelling van een uitwerkingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het uitwerkingsplan onherroepelijk is | Raad van State 31 januari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:385 |
Op grond van artikel 4.6 IOw (overgangsrecht) blijft op een beroep tegen een besluit tot wijziging (ex artikel 6:19 Awb) van een reeds vastgesteld bestemmingsplan waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het (gewijzigde) bestemmingsplan onherroepelijk is | Raad van State 23 februari 2024, ECLI:NL:RVS:2024:743 |
Op grond van artikel 4.6 IOw blijft op een beroep tegen een besluit tot weigering van vaststelling van een bestemmingsplan op aanvraag, waarvan het ontwerp vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet ter inzage is gelegd, het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het besluit omtrent het bestemmingsplan onherroepelijk is | Raad van State 13 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1067 |
Op grond van artikel 4.6 IOw blijft op een beroep tegen een besluit tot afwijzing van vaststelling van een bestemmingsplan op aanvraag dat vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Omgevingswet is genomen, het recht zoals dat gold onmiddellijk vóór dat tijdstip van toepassing tot het besluit omtrent het bestemmingsplan onherroepelijk is | Raad van State 20 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1140 |
Als gevolg van de vernietiging van een besluit tot vaststelling van een bestemmingsplan vervalt dat deel van het omgevingsplan. In die situatie herleeft het voorgaande planologische regime automatisch en heeft dat regime te gelden als deel van het omgevingsplan (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Als sprake is van vernietiging van een (deel van een) in werking getreden bestemmings-, wijziging-, uitwerking-, inpassings- of exploitatieplan en hiertegen – gedurende de beroepstermijn of de beroepsprocedure – geen verzoek om voorlopige voorziening is ingediend en ingewilligd, dan is bij het nemen van een nieuw besluit omtrent dit (deel van het) plan de Ow van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Als het gehele bestemmingsplan is geschorst naar aanleiding van een binnen de beroepstermijn ingediend verzoek om voorlopige voorziening en in de bodemprocedure geheel wordt vernietigd, dan is bij het nemen van een nieuw besluit omtrent dit plan het oude recht van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Als een deel van het bestemmingsplan is geschorst naar aanleiding van een binnen de beroepstermijn ingediend verzoek om voorlopige voorziening en in de bodemprocedure wordt dit deel van het plan vernietigd, dan is bij het nemen van een nieuw besluit omtrent dit deel van het plan het oude recht van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Als een deel van het bestemmingsplan is geschorst naar aanleiding van een binnen de beroepstermijn ingediend verzoek om voorlopige voorziening en in de bodemprocedure wordt het gehele plan vernietigd, dan is bij het nemen van een nieuw besluit omtrent dit plan de Ow van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Wanneer (een deel van) het bestemmingsplan na afloop van de beroepstermijn in werking is getreden en dus van kracht is geworden, dit (deel van het) bestemmingsplan naar aanleiding van een – buiten de beroepstermijn ingediend – verzoek om voorlopige voorziening al dan niet wordt geschorst en het betreffende (deel van het) plan vervolgens wordt vernietigd, dan is bij het nemen van een nieuw besluit omtrent dit (deel van het) plan de Ow van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Wanneer er na 1 januari 2024 gedurende de beroepsprocedure over een bestemmingsplan een besluit ex artikel 6:19 Awb (nader besluit) wordt genomen, dan is op dat besluit het oude recht van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |
Op een besluit tot wijziging van het bestemmingsplan naar aanleiding van een toegepaste bestuurlijke lus (ex artikel 8:51a Awb) is het oude recht van toepassing (overgangsrecht ex artikel 4.6 IOw) | Raad van State 27 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1174 |