Artikel 3.2.3 Bro

Indien toepassing van het overeenkomstig artikel 3.2.2 in het plan opgenomen overgangsrecht gebruik zou kunnen leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen die op het tijdstip van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruikten in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan, kan de gemeenteraad met het oog op beëindiging op termijn van die met het bestemmingsplan strijdige situatie, in het plan persoonsgebonden overgangsrecht opnemen.

Rechtspraak artikel 3.2.3 Bro (persoonsgebonden overgangsrecht)

Persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro kan worden toegepast in gevallen waarin het bestaande gebruik in het vorige bestemmingsplan onder het gebruiksovergangsrecht vielRaad van State 30 augustus 2017, ECLI:NL:RVS:2017:2345
In een bestemmingsplan kan een van artikel 3.2.3 Bro afwijkende regeling voor persoonsgebonden overgangsrecht worden opgenomenRaad van State 22 augustus 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BX5285
Persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro kan uitsluitend aan natuurlijke personen worden toegekendRaad van State 17 september 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3390
Bij de ‘onbillijkheid van overwegende aard’ als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro speelt de mate van (onevenredig) ingrijpen in de persoonlijke (financiële) situatie van de persoon een rolRaad van State 17 december 2014, ECLI:NL:RVS:2014:4571
Bij het opnemen van persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro in een bestemmingsplan kan worden bepaald dat het gebruik niet meer is toegestaan indien de huidige eigenaar/bezitter van het bouwwerk het gebruik heeft beëindigdRaad van State 24 september 2014, ECLI:NL:RVS:2014:3487
Bij het opnemen van persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro in een bestemmingsplan kan worden bepaald dat het gebruik na het verstrijken van een bepaalde datum niet meer mag worden voortgezetRaad van State 18 juni 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2191
Of persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro in een bestemmingsplan moet worden opgenomen is onder meer afhankelijk van (i) de aard van het gebruik, (ii) de vraag of het gebruik op illegale wijze is ontstaan en (iii) de vraag tot welk nadeel het persoonsgebonden overgangsrecht voor de gebruiker leidtRaad van State 18 mei 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1304
Een beperking van het gebruiksovergangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.2 Bro als gevolg van het persoonsgebonden overgangsrecht ex artikel 3.2.3 Bro kan niet zonder meer gelden voor alle vormen van gebruik waarop het gebruiksovergangsrecht van toepassing wasRaad van State 8 augustus 2018, ECLI:NL:RVS:2018:2642
Bij het opnemen van persoonsgebonden overgangsrecht als bedoeld in artikel 3.2.3 Bro in een bestemmingsplan moet worden beoordeeld of een minder beperkende regeling niet (ruimtelijk) mogelijk isRaad van State 18 mei 2016, ECLI:NL:RVS:2016:1304

Artikel 3.2.3 Bro persoonsgebonden overgangsrecht
error: Het kopiëren van deze pagina is helaas niet toegestaan.