Artikel 8.98 Bkl

1. Het bevoegd gezag voor een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit, een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam of een lozingsactiviteit op een zuiveringtechnisch werk beziet binnen vier jaar na de bekendmaking van nieuwe of herziene BBT-conclusies over de hoofdactiviteit van de ippc-installatie of de aan de omgevingsvergunning verbonden voorschriften voldoen aan die nieuwe BBT-conclusies, aan overige BBT-conclusies en aan informatiedocumenten als bedoeld in bijlage XVIII, onder A, die sinds de verlening van de omgevingsvergunning of de laatste toetsing zijn vastgesteld of herzien.
2. Het bevoegd gezag voor een omgevingsvergunning voor een milieubelastende activiteit of een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam of een lozingsactiviteit op een zuiveringtechnisch werk beziet binnen een jaar nadat het afvalbeheerplan, bedoeld in artikel 10.3 van de Wet milieubeheer, is gaan gelden of de omgevingsvergunning voldoet aan de minimale hoogwaardigheid van verwerking van afzonderlijke afvalstoffen of categorieën afvalstoffen zoals beschreven in het afvalbeheerplan.

Rechtspraak artikel 8.98 Bkl (plicht tot bezien omgevingsvergunning in verband met nieuwe BBT-conclusies of nieuw LAP)

Artikel 8.98 Bkl plicht tot bezien omgevingsvergunning in verband met nieuwe BBT-conclusies of nieuw LAP
error: Het kopiëren van deze pagina is helaas niet toegestaan.