Artikel 8:26 Awb
- 1 De bestuursrechter kan tot de sluiting van het onderzoek ter zitting ambtshalve, op verzoek van een partij of op hun eigen verzoek, belanghebbenden in de gelegenheid stellen als partij aan het geding deel te nemen.
- 2 Indien de bestuursrechter vermoedt dat er onbekende belanghebbenden zijn, kan hij in de Staatscourant doen aankondigen dat een zaak bij hem aanhangig is. Naast de aankondiging in de Staatscourant kan ook een ander middel voor de aankondiging worden gebruikt.
Rechtspraak artikel 8:26 Awb (belanghebbende als partij)
Een bestuursrechter kan slechts in zeer uitzonderlijke gevallen een verzoek om toegelaten te worden als partij als bedoeld in artikel 8:26 Awb in de procedure afwijzen | Raad van State 27 september 2006, ECLI:NL:RVS:2006:AY8914 |
Een concurrent van degene die beroep heeft ingesteld tegen het besluit tot weigering van een standplaatsvergunning kan als partij in de zin van artikel 8:26 Awb in de procedure worden aangemerkt | Raad van State 27 november 1997, H0l.97.1262/P90 + K0l.97.0166 |
Degene wiens belang tegengesteld is aan dat van een eiser en die door toewijzing van het beroep in een nadeligere positie kan komen (zonder dat deze persoon daaraan voorafgaand aan een bezwaarschriftenprocedure of beroep in eerste aanleg heeft deelgenomen), kan als partij in de zin van artikel 8:26 Awb in de procedure worden aangemerkt | Raad van State 28 september 2011, ECLI:NL:RVS:2011:BT2816 |
Degene met een tegengesteld belang aan dat van een eiser hoeft niet als partij in de zin van artikel 8:26 Awb in de procedure te worden toegelaten als zijn/haar belang in een eerdere procedure voldoende aan de orde is gekomen en zijn/haar belang in (hoger) beroep al in volle omvang is betrokken | Raad van State 17 augustus 2005, ECLI:NL:RVS:2005:AU1089 |
Artikel 6:13 Awb (redelijkerwijs verwijt beroep) of niet-ontvankelijkheid van het beroep kunnen in de weg staan om als partij in de zin van artikel 8:26 Awb aan de procedure te kunnen deelnemen | Raad van State 22 februari 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BV6555 |
Een toelaten partij als bedoeld in artikel 8:26 Awb (die zelf geen beroep heeft ingesteld) kan geen hoger beroep instellen als deze door de uitspraak in eerste aanleg niet in een ongunstigere positie is komen te verkeren | Raad van State 28 januari 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AO2381 |
Artikel 8:26 Awb (belanghebbende als partij) is van openbare orde, dat een ambtshalve toetsing van de rechter vergt | Centrale Raad van Beroep 13 december 2005, ECLI:NL:CRVB:2005:AU8104 |